Gistere avond na werk richting noordpier gereden , er zit veel schar en wijting ik ving hellaas alleen kleine . Geprobeer met gullenhaken de grotere eruit te plukken maar werkte ook zo ving ik kleine . Aan binnenkant zit veel kleine zeebaars een gozer naam kleine zeebaars mee ik vind dat dom niet alleen slecht voor het bestand maar je bent meer bezig met schoonmaken dan met eten, binnenkort zijn de grote gullen er die mogen wel met mij mee naar alphen a/d rijn enkele reis=D

Juan

Vanmiddag nog maar eens gevist. Eerst naar Ellewoutsdijk. Geen plaats te druk. Dan naar Hoedekenskerke gereden, ook druk op de goede stekken. Dan naar Baarland bij de Landing voor. Twee uur gevist, 15 wijting, waarvan slechts 3 maats. Ook nog een zeebaars gevangen , 38 cm, dus terug. Misschien morgen laatste pieren op vissen.Gr. Jan B.

Jan B

Van Knokke tot helemaal aan het Zwin liggen muien, zwinnen en golfbrekers te wachten op vissers. Is het te ver voor de meesten, zijn ze te moeilijk begaanbaar, of bleken mist en koude de spelbrekers? Ik had er al eens eentje gemonsterd, was er toen enige uurtjes gaan vissen. Ik ving toen niets, maar elders werd er ook weinig bovengehaald. De tweede keer was ik er op een verkeerd uur, had hoogwater voor laag gehouden en daar stond ik dan: geen breker te bekennen. Derde keer goede keer. Lang kon ik op die kop niet vissen, je moet eerst door een dieper gedeelte waden (tot bijna aan de knieën) voor je daar geraakt. Vandaag kon ik net iets langer dan een uur en een kwart voor laag tot een goed uur na laag veilig vissen. Ik hield een oogje op de plas een vijftig meter achter me, want het water kan daar razendsnel opkomen. Ik had weinig aas mee, gezouten en in een makreelsmaak-olie zwemmende pieren die meer leken op stukjes kebab. De diepvriestappen vertikten het dat eerste half uur om te ontdooien. IK was ook te lui om terug naar die plas te wandelen om ze een badje te geven. Van op de kop hoef je maar een goede vijftig meter ver in te werpen, en wanneer je inhaalt kun je geregeld vijf minuten apenhaar plukken, soms kreeg ik het met mijn verkleumde vingers er amper af. Met afgaand water stond er nog behoorlijk wat stroming, ondanks dat we midden tussen een spring- en doodtij zitten. Dankzij stroming en de rotzooi kon ik amper de beten zien, maar ik ving toch drie scharren en wat te kleine wijting met de kebab. Na laag beterde het, wilden de diepvriestappen meewerken. Nu kon ik de vinnige beten wel zien en ving ik er nog vier bij. Ik ving deze keer meer schar dan wijting, goed teken vind ik dat. Toen kwam het water snel op, ik had iets meer dan twee uur gevist dus werd het tijd om de pier te verlaten en op te bossen (dankjewel voor dat mooie woord Niek). Volgende week nog een keertje. Groeten

Gilbert

Afgelopen weekend met twee zwagers gevist in Zeeland. Door omstandigheden ging Denemarken niet door, maar zoals mijn dochter zei: Zeeland is toch ook een ander land 😉 De datum stond al een tijdje vast, en dan moet je maar afwachten welk weer het is. Code geel was natuurlijk niet waar we op gehoopt hadden…

Vrijdagochtend uit Katwijk vertrokken richting de punt van Westenschouwen. De verwachting was dat we daar het minste last zouden hebben van de wind / het meest in de luwte zouden staan. Rond half een (iets na hoog water) lagen de pieren in het water, om 5 minuten later weer aangespoeld op de kant te liggen. Wat een golven, wat een stroming. Na twee uur vruchteloos (moedeloos?) proberen, vertelde een lokale visser die met z’n vrouw kwam uitwaaien dat we moesten volhouden en meer richting de kering moesten verkassen. Dan zou het vlakke strand droogvallen en konden we in dieper water vissen. En zo geschiede. Rond half vier konden we op de bank gaan staan, was de zee ingezakt en begon het vangen! Toen we rond 5 uur weggingen (er moest nog ingechecked en gegeten worden) stond de teller op totaal 1 schol (10 cm op een haak 1/0 ;-), 15 wijting en 2 zeebaarsjes (vier hengels). Alles ondermaats, maar dat kon de pret niet drukken. Qua water van boven hadden we ook veel mazzel, 1x hagel, 1x regen en wat losse druppels. Wel hebben we massieve buien langs ons, en over de Banjaard zien trekken.

Vanwege de voorspelde wind, bekendheid met de stek en goede ervaringen van vrijdag zijn we op zaterdag naar de zelfde stek getrokken. De wind was al een stuk rustiger, de golven en stroming idem. We waren er weer rond 12, maar wisten dat we moesten volhouden totdat de bank droog zou vallen. Toen dat eenmaal zo tussen drie en half vier, begon ook het vangen weer: ca. 10 botten van 15 – 40, even zoveel scharren van 15 – 25 cm, weer een scholletje van 10 cm, 5 scholenbaarsjes, een stuk of wat wijtingen en een 5-dradige meun (15 cm). Toen we rond half zes naar huis ging hadden zaten er 10 maatse vissen in de tas (5 bot, 5 schar). Uiteindelijk stond er (veel) minder wind dan we verwacht hadden, waren er momenten dat ik spijt had dat ik m’n zonnebril niet had meegenomen en hebben we weer veel buien langs (en blijkbaar over Niek van HSV de Dreischor) zien trekken (2x zelf een beetje nat).

Omdat het weer zondag stukken beter zou zijn en het tij bij Westenschouwen ongunstig, zijn we naar Visschershoek gereden. Rond 11 lagen de pieren weer in het rustig opkomende water. Niet veel later volgde een mooie bot en dito schar. Maar met het verder stijgen van het water kwamen we weer in ondiep water terecht en erger nog: vingen we alleen nog apenhaar. Rond half drie de keuze gemaakt om naar het strand van de brouwersdam te gaan. Vanwege de kiters een plekje gezocht aan de zuidrand. Mooi schoon, helder water en geen haar. Maar met het zakken van het tij bleek ook dat we in ondiep water stonden te vissen. Dat was wel jammer, maar weten we voor een volgende keer.

Al met al was het een geslaagd weekend met meer vis dan waar we donderdag avond rekening mee hadden gehouden. Maar die lange vlakke stranden, dat is toch wel iets om serieus rekening mee te houden (weer, tij). Dat zijn we bij ons niet gewend.

Groet!

Martin